Mensen met Wlz indicatie krijgen hun huishoudelijke hulp en begeleiding vanuit de Wlz betaald en geregeld ongeacht waar ze wonen, thuis, in een instelling of in een geclusterde woonvorm. Voor de hulpmiddelen is dit anders. Mensen die thuis, zelfstandig wonen ontvangen de hulpmiddelen uit de Wmo ook als ze een Wlz indicatie hebben. Als mensen in een instelling met behandeling wonen dan krijgen ze de hulpmiddelen uit de Wlz. In alle andere instellingen krijgen de mensen ook hun hulpmiddelen uit de Wmo. In de praktijk is het vaak lastig om uit te zoeken in wat voor soort instelling iemand woont. Is het een geclusterde zelfstandige woonvorm, is het een instelling maar zonder behandeling? Dat is de reden dat de minister van plan was om dit te veranderen. Het was de bedoeling dat vanaf 1 januari 2019 ook de mensen die in een instelling wonen zonder behandeling hun hulpmiddelen uit de Wlz zouden krijgen. Echter deze datum is niet gehaald. Op bijgaande site lees je meer over de achtergrond van deze vertraging en het vervolg.

https://vng.nl/onderwerpenindex/maatschappelijke-ondersteuning/inkoop-kwaliteit-en-toezicht-wmo/nieuws/wmo-hulpmiddelen-informatie-over-actuele-ontwikkelingen