Begin dit jaar heeft de Centrale Raad van Beroep (Raad) meerdere uitspraken gedaan over de hulphond. In de uitspraken speelt het ontbreken van de wetenschappelijk bewezen effectiviteit van een hulphond een rol. In deze zaken was al eerder een passend alternatief toegekend, maar wat nou als zo’n alternatief er niet is? Naast de hulphond zijn er ook nog genoeg andere niet effectief bewezen hulpvormen. Wat betekenen de uitspraken voor deze voorzieningen?

Kevin van Schijndel schrijft daar zijn opinie over.

Zijn conclusie
In een onderzoek bekijk je altijd welke hulpvorm in een individuele situatie de beste oplossing is. Is dit een niet effectief bewezen hulpvorm? Dan moet een gemeente ook de mogelijkheid hebben om deze toe te kennen. Heb je dus geen alternatief en is de niet effectief bewezen hulp passend? Blijf dan niet te veel hangen op het feit dat de hulp niet wetenschappelijk effectief bewezen is en zet de hulp in.