Er is een nieuw (concept)wetsvoorstel in aantocht dat een einde maakt aan het huidige boetestelsel binnen de Participatiewet: het wetsvoorstel Handhaving in de Sociale Zekerheid. Het huidige boetestelsel¹, waarin het strenger straffen centraal staat, staat al sinds de invoering ervan ter discussie. Gebleken is dat kwetsbare burgers onevenredig hard worden geraakt en de menselijke maat vaak ver te zoeken is.

Binnen het nieuwe wetsvoorstel staat juist het “passend sanctioneren” centraal. Er komt een gereedschapskist met verschillende instrumenten. Een van de instrumenten is de vrijheid om in bepaalde situaties geen sanctie op te leggen. In deze opinie beschrijf ik een aantal van de wijzigingen waar we mee te maken krijgen als het wetsvoorstel wordt aangenomen. Ik beperk me dan tot de wijzigingen in het kader van de Participatiewet.

Een van de onderdelen van het wetsvoorstel Handhaving in de Sociale Zekerheid is dat de gemeente een ‘gereedschapskist’ aan sancties krijgt. Als een belanghebbende de inlichtingenplicht heeft geschonden zijn er vijf opties: afzien van sanctie, een waarschuwing, een voorwaardelijke boete, een boete of een strafrechtelijke vervolging.

Gemeenten krijgen meer mogelijkheden om af te zien van het opleggen van een sanctie. Dat kan nu eigenlijk alleen als de gedraging niet verwijtbaar is. Met het nieuwe wetsvoorstel komen er meer mogelijkheden om af te zien van het opleggen van een sanctie. Bijvoorbeeld als belanghebbende een fout maakt en zichzelf alsnog binnen redelijke termijn meldt, voordat overtreding van de inlichtingenplicht is geconstateerd. Of bij persoonlijke omstandigheden die dermate zwaar wegen dat het opleggen van een sanctie onevenredig uitpakt.

Wil jij hier meer over weten? Volg dan een opleiding voor consulent in het sociale domein.