De Joodse traditie
De oorsprong ligt in het Joodse feest Pesach: Pesach is een van de belangrijkste joodse feesten. Hiermee wordt het einde van de joodse slavernij in Egypte herdacht en de uittocht uit Egypte, de Exodus. Het centrale evenement in het feest is de Seider, een feestelijke maaltijd die thuis gegeten wordt.

De Christelijke traditie
Christenen herdenken eerst op Goede Vrijdag dat Jesus is gestorven aan het kruis. Met zijn dood nam hij de zonden van de mensheid op zich. Op Paaszondag verrees hij tijdelijk uit de dood. Het christelijke Pasen verwijst ook naar de vijftig dagen durende periode van het kerkelijke jaar vanaf het paasfeest tot Pinksteren. De periode van Pasen tot Hemelvaartsdag duurt veertig dagen. Katholieken mogen in de periode van Pasen tot en met Pinksteren hun jaarlijkse Paasplicht vervullen. Tijdens het Eerste Concilie van Nicea (Nice) in 325 zijn de data van Pasen en Pesach officieel ontkoppeld.

De Paashaas en het lentefeest
De Paashaas is jonger dan de christelijke en joodse feesten. Voorzover bekend is hij in 1682 voor het eerst in Duitsland beschreven, in Georg Franck von Franckenau’s boek De ovis paschalibus (‘Over paaseieren’). Via een vertaling is de paashaas voor het eerst in 1825 in Nederland bekend.
Verder komt de Paashaas volgens negentiende-eeuwse aannames voort uit een Germaanse traditie voor het vieren van de lente en het nieuwe leven. Wat ons eigenlijk het meest logisch lijkt vanwege het mandje met de eieren en het zoeken van de eieren door de kinderen.